European Silver SRI®

 

 

PAAR ZILVEREN THEEBUSSEN
Alger Mensma, Amsterdam, 1751

503 gram totaal, 14,3 cm hoog

Het peervormige lichaam is verdeeld in vier geledingen die doorlopen in de ronde voet en ingesnoerde hals. Op de schouders is een rand van fijn gegraveerd krullend bladwerk aangebracht. Tevens zijn beide bussen gegraveerd met een spiegelmonogram met kroon. De afneembare deksels zijn gemodelleerd in de vorm van een opstaand rocaille ornament. Volledig gekeurd aan de onderzijde.

 

Het paar theebussen is gegraveerd met spiegelmonogrammen. Hieruit kan niet anders geconcludeerd worden dan dat beide bussen bij elkaar hebben behoord. Beide hebben dezelfde datering en de merken zijn ook op dezelfde wijze afgeslagen aan de onderzijde. Het onderlinge verschil in gewicht van1 gram is te verwaarlozen. In de 20ste eeuw hadden beide bussen echter een andere herkomst. Door een boedelverdeling in de familie zijn beide bussen vermoedelijk uit elkaar geraakt. In 1960 was één theebus in de Nederlandse kunsthandel en de andere theebus werd in 1976 geveild in Londen. Het is de oplettende verzamelaar geweest die eerst de mooie theebus in 1960 aankocht en jaren later, in 1976, de tweede aantrof en aankocht. [1] [2]

 

De zilversmid Alger Mensma (Leeuwarden 1682 - Leeuwarden na 1757) wordt als een van de belangrijkste zilversmeden uit de eerste helft van de 18de eeuw in Amsterdam beschouwd. Zijn opleiding tot zilversmid kreeg Alger van zijn vader Nicolaas in Leeuwarden. [3] Tevens werd hij opgeleid door de bekende ‘drijver Jurriaen Pool, net zoals zijn vader in 1658. Echter, Alger vertrok naar Amsterdam, waar hij trouwde in 1709 in Amsterdam met Elisabeth Steenstraat. In 1710 werd hij als ‘poorter’ (burger) ingeschreven in Amsterdam en als meester-zilversmid opgenomen in het gilde. Zijn vader Nicolaas Mensma was grootwerker zilversmid, net zoals Alger zelf. In 1730 hertrouwde Alger met Sara van der Weide. Het paar woonde toen aan de Buiksloot. Tot circa 1754 bleef Alger in Amsterdam. Daarna keerde hij naar Leeuwarden terug, waar hij na 1757 overleden is. Alger Mensma’s meesterteken was ontleend aan het familiewapen, namelijk een ‘wildeman met knots’. [4]


Alger Mensma heeft gedurende zijn werkzame leven een aantal zeer belangrijke opdrachten gekregen, hetgeen af te leiden valt uit zijn bewaard gebleven oeuvre. Hij vervaardigde onder meer een groot koelvat in 1731 in opdracht van de Admiraliteit van Amsterdam, ten geschenke gegeven aan kapitein Cornelis Schrijver. [5] In 1732 ontving dezelfde kapitein een grote zilveren fontein van de hand van Alger Mensma, geschonken door de Verenigde Oostindische Compagnie.[6] Samen vormen deze voorwerpen een stel, dat zich nu in de collectie van het Rijksmuseum in Amsterdam bevindt.

 

[1] De bussen wegen, 252 gram en 251 gram. De theebus, gemerkt met ZII, is geveild bij A. Mak, Dordrecht, 2 juni 1960, lot 1166 en verkocht aan kunsthandel Premsela & Hamburger, Amsterdam. De andere theebus is geveild bij Sotheby’s Londen, 9 december 1976, lot 65 en sindsdien in een particuliere collectie in Nederland.

[2] Dit type peervormige theebus is later ook door de Amsterdamse zilversmid Harmanus Heuvel vervaardigd, hiervan zijn er drie bekend; één met een vogel op het deksel uit 1773, Christie’s Laren 17, maart 1980, lot 2245; één met blad- en bloemwerk als bekroning op het deksel, 1773, Christie’s Amsterdam 24 mei 1995, lot 798; en één vervaardigd door Hermanus Heuvel, 1777, met een vergelijkbaar deksel als die van Alger Mensma, J. Endlich, Haarlem, 2004, nu in particulier bezit.

[3] Nicolaas Mensma (vader) verklaart op 2 jun 1638 dat hij (toen 30 jaar) met een zekere Willem Pieters bij Timon Joostes te Berlikum het vak geleerd heeft. (zilversmid) (certif. boek Lwd II) (Gildeboek 1647-1654 Willem Pieters)

[4] Citroen 1975 no 965. De Lorm 1999, p. 519.

[5] De Lorm, 1999, cat. nr. 45.

[6] De Lorm, 1999, cat.nr. 46.



PAIR OF DUTCH SILVER TEA CADDIES

Alger Mensma, Amsterdam, 1751

503 grams in total; 14,3 cm high


The pear-shaped body is fluted into four panels that continue into the circular base and concave neck. The shoulders are bordered by finely engraved scrolling foliage. Both caddies are also engraved with a mirror monogram with crown. The detachable covers are moulded in the shape of an upright rocaille ornament. Fully marked at the reverse and displaying an assay stripe.

 

The pair of tea caddies is engraved with mirror monograms. It can be concluded that both caddies used to form a pair. Both bear the same date letter, and the hallmarking was done in a similar way at the reverse. The difference in weight of 1 gram is negligible. In the 20th century, however, both tea caddies had another provenance. Probably due to a division of family property the caddies were dispersed. In 1960 one tea caddy appeared on the Dutch art market and the other tea caddy was auctioned in London in 1976. It was the observant collector who first bought one beautiful tea caddy in 1960 and years later, in 1976, came across and bought the second one.

 

Alger Mensma (Leeuwarden 1682- Leeuwarden after 1757), is considered to be one of the leading silversmiths in Amsterdam during the first half of the 18th century. Alger was trained as a silversmith in his father Nicolaas’s workshop in Leeuwarden. Besides, he was trained by the well-known chaser Jurriaen Pool, as his father was in 1658. However, Alger went to Amsterdam, where he married Elisabeth Steenstraat in 1709. In 1710 he became poorter (burgher) of Amsterdam and became a member of the Amsterdam silversmiths’ guild. His father Nicolaas Mensma was a so-called service worker, as Alger was too. In 1730 Alger remarried.  After his second marriage to Sara van der Weide, the couple lived at Buiksloot. Alger Mensma stayed and worked in Amsterdam. Thereafter he returned to Leeuwarden, where he died after 1757. Alger Mensma’s maker’s mark, ‘a wild man with a club’, was derived from the family coat-of-arms. 


From his remaining works it can be concluded that Alger Mensma received many important commissions. For example, in 1731 he made a huge silver cooler, commissioned by the Admiralty of Amsterdam, donated to Captain Cornelis Schrijver. In 1732 this same captain was given a large silver fountain, made by Alger Mensma, who received this commission from the Dutch East India Company (VOC). Both objects form a set, which is now in the collection of the Rijksmuseum in Amsterdam. 

Herkomst

-A. Mak, Dordrecht, 2 juni 1960, lot 1166; Premsela & Hamburger. De andere theebus, Sotheby’s Londen, 9 december 1976, lot 65

-Particuliere collectie, Nederland

Vergelijkende literatuur

-K.A. Citroen, Amsterdamse zilversmeden en hun merken, Amsterdam, 1975

-J. R. de Lorm, Amsterdams Goud en Zilver, Zwolle, 1999