European Silver SRI®

 

 

BRUSSELS AARDEWERKEN KAN MET ZILVEREN DEKSEL
Mogelijk Rombaut Dauw, Leuven, jaarletter S eerste helft 18e eeuw

, 29,5 cm hoog

Kan van faïence met een in paars getamponeerde decoratie, vermoedelijk Brussel, achttiende eeuw. De kan is gedraaid van een geelbakkende klei, heeft een bolronde buik, waarboven een hoge cylindrische hals die naar de liprand iets uitloopt. Na de eerste bakgang is het biscuit bedekt met een dikke laag tinglazuur en vervolgens met een klein sponsje met een maangaanoxide houdende verf getamponneerd. Bij de gladbrand is het glazuur mooi versmolten en heeft goed gehecht op de ondergrond. Het platte zilveren deksel met duimrust in de vorm van een schelp is gegraveerd met intialen. [1]

Het deksel is volledig gekeurd aan de onderzijde en voorzien van een trembleerstreek op binnenzijde van sluitrand.


De vorm is zeer vergelijkbaar met die van bierpullen van Duits steengoed uit het Westerwald en van pullen van tin uit de Nederlanden. Vorm, maar vooral decor en afwerking duiden op een ontstaan in de Zuidelijke Nederlanden, vermoedelijk Brussel, achttiende eeuw.

De productie van faience begon als navolging van porselein uit Holland, dat het geïmporteerde Chinese porselein wilde namaken. Ook in andere plaatsen zoals Doornik, Kortrijk en La Louvière werden eveneens kannen in Brusselse stijl gemaakt.

“Verschillende bronnen maken melding van een productie van Brussels faience in de 17e eeuw, en men weet dat er twee manufacturen (of fabrieken) hebben bestaan. Maar de toeschrijving van enkele, niet ge- merkte zeldzame stukken is problematisch omdat ze gemakkelijk te verwarren zijn met de productie van Delft.

De situatie verbetert in de 18e eeuw met de kortstondige manufactuur van Cornelis Mombaers (1705-1709) en de hervatting van de productie door zijn zoon Philippe Mombaers in 1724. In totaal hebben er Brussel vier fabrieken bestaan, waarvan er drie gelijktijdig werkzaam waren van 1766 tot 1824. De laatste manufactuur, die van Héliodore Stevens, verdween ten slotte in 1866.” [2] In dit artikel wordt ook een kan met tinnen deksel besproken, zie foto. “De donkere nuance van de paarse kruik met een bolle buik en geaccentueerd door een smalle hals wijzen op een zeer vroeg stuk. Dit wordt bevestigd door het ijkmerk van de meester-tinnegieter Daniel Franciscus Collier (Dendermonde 1724-1779) aan de binnenkant van het deksel.”

 

 



[1] De initialen zijn vermoedelijk van latere datum.

[2] Op cit., Paul Vosters Jaquet, Brusselse faience, ondergewaardeerd kunstpatrimonium, in Collect, november 2017, p. 86-87.

 

A BRUSSELS FAIENCE SILVER-LIDDED JUG

The silver possibly made by Rombaut Dauw, Louvain,

date letter S, first half of 18th century

29,5 cm high

 

The purple-coloured tin-glazed faience jug, possibly made in Brussels in the 18th century, has a silver leaf-capped scroll faience handle and a flat silver lid, engraved with initials. The silver thumb rest is shaped as a scallop. The silver lid is fully marked at the reverse and displays an assay stripe at the rim.

 

The shape of this faience jug can be compared to German Westerwald stoneware jugs and South Netherlands pewter ones from the 18th century. Shape and decoration of this unmarked faience jug point to Brussels manufacture.

Herkomst

-Kunsthandel François van Hove, Brussel, 1985

-Particuliere collectie, België