ZILVEREN DIENBLAD
Reynier Brandt, Amsterdam, 1764

1163, 39 x 28 cm

Het dienblad is langwerpig van vorm met afgeronde hoeken. De gemodelleerde geprofileerde rand heeft een buitenrand van acanthusblad. Het dienblad staat verhoogd op vier paneelvormige gekrulde voetjes. Volledig gekeurd aan de onderzijde en voorzien van een trembleerstreek.

 

Reynier Brandt (1702-1788) werd geboren te Wezel (Duitsland) als zoon van Wilhelm Brandt en Anna Katharina Westerholt. In het jaar 1734 werd hij ingeschreven als burger (poorter) van de stad Amsterdam en ook als zilversmid bij het zilversmedengilde. Enkele jaren daarna huwde hij Maria van Wierop, die toen al weduwe was van zijdenkousenmaker Hendrik Swiering en die een zoon, Reijnier Swiering, in het huwelijk inbracht.[1] Het paar vestigde zich op de Lauriergracht. Reynier Brandt was zeer productief tijdens zijn lange leven. Hij vervaardigde veelal manden, dienbladen en strooibussen. Na de dood van zijn echtgenote in 1782 ging hij inwonen op de Prinsengracht bij zijn zoon Gerrit Brandt, die ook zilversmid was.[2] In 1788 overleed de Hervormde Reynier Brandt en werd hij, evenals eerder zijn echtgenote, begraven in de Westerkerk. Stiefzoon Reijnier Swiering, die wel gewerkt heeft in de firma van zijn stiefvader, maar ook voor de firma Peirolet, erfde na de dood van zijn moeder en Reynier Brandt, niets, aangezien alle testamenten werden herroepen en uiteindelijk alleen zoon Gerrit erfgenaam was.

The oblong-shaped salver with rounded corners has a moulded border with acanthus scrolled rim. It is raised on four scroll panel supports. Fully marked at the reverse and displaying an assay stripe.

The silversmith Reynier Brandt (1702-1788) was born in Wezel (Germany), son of Wilhelm Brandt by his wife Anna Katharina Westerholt. In 1734 he became citizen (poorter) of Amsterdam and also master of the Amsterdam silversmiths’ guild.

Some years later he married Maria van Wierop, Hendrik Swiering’s widow, who already had a son, Reijnier Swiering, The couple lived at Lauriergracht. Reynier Brandt was a very productive master during his long active life. He has made many baskets, salvers and casters. After his wife’s death in 1782, he lived with his son Gerrit Brandt, who also was a silversmith, at the Prinsengracht. In 1788 Reynier Brandt died and was buried, like his wife, in the Westerkerk, a Reformed Church, His stepson Reijnier Swiering, who had worked for Reynier Brandt, but also for retailer Peirolet, did not inherit anything, for Gerrit was the only heir.

Vergelijkende literatuur

- E. Voet Jr., Merken van Amsterdamsche Goud- en Zilversmeden, Den Haag, 1912, nr. 413

- K.A. Citroen, Amsterdamse zilversmeden en hun merken, Amsterdam, 1975, nr. 783.

- H. Vreeken, Goud en Zilver met Amsterdamse keuren, Amsterdams Historisch Museum, Zwolle, 2003, pp. 424-425.